Regelmatig vinden geweldsincidenten plaats tegen functionarissen met een publieke taak. Medewerkers van de Nederlandse Spoorwegen (NS) maken deel uit van een beroepsgroep – medewerkers in het openbaar vervoer – die hier frequent het slachtoffer van wordt. Er zijn en worden maatregelen genomen om geweldsincidenten in het open‐ baar vervoer te verminderen en agressie aan te pakken. Kennis over de profielen van geweldplegers en een gedetailleerder zicht op de geweldsincidenten kunnen bijdragen aan het nemen van effectieve(re) maatregelen en is derhalve bruikbaar ter ondersteuning van het beleid. In dit onderzoeksrapport wordt beschreven wat we op grond van de gegevens van de NS, de Nationale Politie en het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) weten over de geweldsincidenten tegen NS‐medewerkers en de plegers van dat geweld. Het onderzoek behelst zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve verkenning van ‘Geweld tegen NS‐personeel’. Het onderzoek is in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie uit‐ gevoerd door Bureau Beke in samenwerking met Bureau Bruinsma. Onderzoeksvragen In het onderzoek is aandacht voor de typering van incidenten in het openbaar ver‐ voer en de achtergrondkenmerken van geweldplegers. In het onderzoek staan de volgende onderzoeksvragen centraal:
- Hoe kunnen incidenten van geweld tegen NSpersoneel worden getypeerd?
- Welke vormen van geweld worden gepleegd (verbaal, fysiek) en in welke mate? In hoeverre is sprake van wapengebruik?
- Zijn er hotspots en hottimes te benoemen?
- Wat is de verdeling van geweld in groepsverband ten opzichte van soloplegers?
- In welke mate is sprake van alcohol‐ en drugsgebruik ten tijde van het incident?
- Welk aandeel hebben ‘verwarde personen’ in geweld tegen NS‐personeel? Zijn er omstandigheden die geweld tegen NS‐personeel bevorderen?
- Welke informatie over de aanpak van agressie en geweld in de trein is in het buitenland (i.c. België, Duitsland en Groot‐Brittannië) opgetekend?
Lees verder via Bureau Beke – Daders op het spoor