Hoe kan een onschuldige toch een moord bekennen? En wat is de rol van justitie? Criminoloog Linda Geven gaat een Europese databank aanleggen met valse bekentenissen. ‘Het is slechts het topje van de ijsberg.’
‘Hé! Kijk me eens aan’, schreeuwt een rechercheur tegen de verdachte. ‘Dit pik ik niet!’ Hij grijpt de man bij zijn arm. ‘Jij was daar op 2 september, jij hebt op de uitkijk gestaan…’
‘Ik was daar niet…’, reageert de verdachte.
Rechercheur onderbreekt hem en brult: ‘Gelul, echt gelul.’
Op 2 september 1998 heeft een man de 63-jarige Geke van ’t Leven-de Goede tijdens een roofoverval doodgeschoten in haar villa in een bos bij Arnhem. De overvaller wilde een vriendin die op bezoek komt, ook vermoorden. Zij overleefde het echter. De politie arresteert negen mannen, van wie zeven met een Turkse achtergrond.
ZELFMOORD IN CEL
De verhoren die volgen worden opgenomen. Op de 160 videotapes is te zien hoe uiteindelijk een van de mannen langzaam maar zeker onder de druk bezwijkt. ‘Ben jij de moordenaar of niet? Als je baard eraf gaat, ben je precies de man op de compositietekening van de dader’, zegt de verhoorder.
Uiteindelijk legt de verdachte een valse bekentenis af, zal hij later toegeven in de documentairereeks De villamoord van KRO-NCRV. Hij deed het onder andere omdat de rechercheurs maar bleven herhalen dat het voor hem het beste was om te zeggen dat hij op het plaats delict was. Dan zou hij niet voor moord vervolgd worden en een lichtere straf krijgen. Als gevolg van die bekentenis krijgen alle mannen een celstraf. Een van hen pleegt zelfmoord in de gevangenis.
Lees verder via mareonline.nl