Het artikel richt zich op een kritische beoordeling van de strafbaarstelling van eenvoudig witwassen. Betoogd wordt dat het probleem dat de aanleiding vormde voor het strafbaar stellen van eenvoudig witwassen niet bestaat. Dit heeft als consequentie dat de strafbaarstelling alleen dient als vangnet voor het vervolgen van grondfeiten die niet of moeilijk te bewijzen zijn. De vormgeving van en de wetsgeschiedenis bij het artikel maken het echter mogelijk om (te) makkelijk te vervolgen op grond van eenvoudig witwassen als grondfeiten niet of moeilijk bewezen kunnen worden, ook als deze grondfeiten geen bedreiging vormen voor de integriteit van het financiële en economische verkeer. Deze onwenselijke aanpak moet door het Openbaar Ministerie vermeden worden.
Lees verder via
Bon: Bijzonder Strafrecht