03:13
22 november 2024

Een op de vijf grotere Nederlandse bedrijven betaalde losgeld bij ransomware

Een op de vijf grotere Nederlandse bedrijven betaalde losgeld bij ransomware

Criminele bendes hebben vorig jaar 147 succesvolle aanvallen met gijzelsoftware uitgevoerd op grote Nederlandse bedrijven en instellingen. In 18 procent van de gevallen werd losgeld betaald. Dat blijkt uit cijfers van de politie en beveiligingsbedrijven.

Het is pas sinds kort dat de politie en de beveiligingsbranche informatie delen over aanvallen met gijzelsoftware. Daarvoor werd vorig jaar het samenwerkingsproject Melissa opgezet, waaraan verder het Openbaar Ministerie, het Nationaal Cyber Security Centrum en Cyberveilig Nederland meewerken.

Deel nog buiten beeld

In de cijfers zijn alleen meldingen verwerkt van bedrijven met meer dan honderd werknemers. Ze geven volgens forensisch deskundige Willem Zeeman van Fox-IT, een van de aangesloten beveiligingsbedrijven, voor het eerst een duidelijk beeld van de omvang van de aanvallen, hoewel de echte cijfers waarschijnlijk hoger zijn. “Niet alle bedrijven doen melding van een aanval, uit vrees voor reputatieschade.”

Uit de cijfers blijkt dat het aantal bedrijven dat bereid is losgeld te betalen aan cybercriminelen aanzienlijk lager is dan tot dusver werd aangenomen. In 2019 ging Coveware, een Amerikaans bedrijf dat zich specialiseert in het afhandelen van gevallen met gijzelsoftware, er nog van uit dat in 85 procent van de gevallen losgeld werd betaald.

Dalende trend
Fox-IT deskundige Zeeman bevestigt dat het percentage de laatste jaren snel is gedaald. “Gijzelsoftware is de afgelopen jaren een steeds bekender fenomeen geworden. Veel grote bedrijven beschikken nu over een goed herstelplan.” Hoeveel losgeld er wordt betaald, blijft doorgaans geheim.

Lees verder via agconnect.nl

Meer leren over de integrale aanpak van verwarde personen, veelplegers en stelselmatige daders? Kom naar de HCB Cursus ‘Integrale Persoonsgerichte Aanpak 2024’ die start op 25 april in Den Haag, georganiseerd door het Haags Congres Bureau.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *