Achterstandswijken komen meestal negatief in het nieuws. Toch kunnen deze wijken voor de jongeren die er wonen veel betekenen. Zo voelen de Marokkaans-Nederlandse jongeren in Kanaleneiland en Hoograven met wie promovenda Patricia Wijntuin sprak zich sterk verbonden met hun buurt. Ze vinden het gezellig en voelen zich thuis.
Ongeveer tien jaar geleden deed ik onderzoek in de Utrechtse wijk Zuilen. Ik sprak twee Marokkaans-Nederlandse jongens. Zij vertelden mij, afzonderlijk van elkaar, dat de buurt net een dorp was en zij zich daar thuis voelden. Hun opmerking verwonderde mij. Hoe kan het, dat een buurt die als achterstandsbuurt en later als Vogelaarswijk werd bestempeld door beleidsmakers en in die tijd enorm negatief in het nieuws kwam, dergelijke gevoelens bij jongens kon teweegbrengen?
Lees verder via socialevraagstukken.nl