Begin dit jaar verscheen Schuilenburgs boek Making Surveillance Public: Why You Should Be More Woke About AI and Algorithms. Daarin citeert hij de Britse socioloog Anthony Giddens: surveillance is een van de vier institutionele ontwikkelingen van de moderne tijd – naast industrialisatie, kapitalistische economie en militaire macht.
In haar klassieke betekenis staat surveillance voor ‘het oog houden op’. Aanvankelijk was surveillance een fysieke, uiterst arbeidsintensieve werkwijze waarbij relatief weinig data werd bijgehouden.
Surveillance is volgens Schuilenburg geleidelijk veranderd in ‘zichtbaar en voorspelbaar maken’. Dat wil zeggen dat nu met AI en algoritmes grote hoeveelheden data worden verzameld, die vervolgens worden geanalyseerd en geïnterpreteerd binnen het kader van veiligheidsbeleid.
‘Surveillance graaft dieper dan ooit in het privéleven van burgers
Een ander verschil met de klassieke surveillance, zegt Schuilenburg, is dat de dataverzameling, voor het grote publiek, zelf steeds onzichtbaarder wordt. ‘Doordat data steeds meer deel uitmaken van vernetwerkte datastromen, is surveillance vloeibaar en continu geworden. De digitalisering via AI en algoritmes komt daar nog eens overheen.’
Lees verder via socialevraagstukken.nl