Excuses vormen een hot topic.1 Onder wetenschappers dringt steeds meer het besef door dat slachtoffers niet alleen behoefte hebben aan compensatie, maar dat er ook emotionele noden zijn. Het ontvangen van een verontschuldiging is in dat kader belangrijk. Maar leent het recht zich er wel voor om excuses te faciliteren of te stimuleren? En hoe zit het in dat verband met het herstelrecht? Geeft herstelbemiddeling een vruchtbare voedingsbodem voor het maken van excuses? Ik heb daar de nodige twijfel bij. Het ondersteunen van excuses is vergelijkbaar met het streven naar geluk. Al te directe pogingen in die richting corrumperen: de excuses zijn niet waarachtig en het geluk wordt niet gevonden.
Gijs Van Dijck doet een voorstel ter ondersteuning van het maken van excuses.2 In zijn optiek zou een slachtoffer in een civiel geding niet alleen een vergoeding moeten kunnen vragen voor de geleden schade, maar zou hij ook de mogelijkheid moeten hebben om excuses te vorderen. Als de rechter een dergelijke vordering proportioneel acht, zou hij de vordering moeten toekennen. Daarbij is het denkbaar dat de rechter een sanctie verbindt aan het niet nakomen van deze verplichting. Ik vind dit een spannend, maar ook problematisch voorstel. Het hoofdprobleem is niet eens zozeer dat het maken van opgelegde excuses waarschijnlijk niet heel oprecht zal zijn, maar meer nog dat de tegenpartij vernederd lijkt te worden. Hij raakt de controle kwijt over zijn eigen stem en wordt geïnfantiliseerd. Als een ouder of een onderwijzer aan een minderjarig kind te verstaan geeft dat hij ‘sorry’ moet gaan zeggen tegen een klasgenoot, dan kan dat vanuit pedagogisch oogpunt wellicht heel verantwoord zijn. Maar kun je zoiets ook vergen van een volwassene?
Lees verder via boomcriminologie.nl