11:05
21 november 2024

Gemeenten, zorg voor een online werkwijze met jongerengroepen

Gemeenten, zorg voor een online werkwijze met jongerengroepen

Dat opruiing vaak online begint en escaleert in de fysieke wereld, daarvan zijn we inmiddels wel doordrongen. Maar er bestaat nog geen structurele werkwijze, waarin professionals die met jeugdgroepen werken, zich goed doordacht online begeven om de signalen vroegtijdig op te vangen. “Online modereren wordt nog steeds gezien als iets dat je er een beetje bij doet.”

Toen de gemeente Amsterdam in 2015 nepaccounts op Facebook gebruikte om te polsen wat er speelde in online groepen waar overlastgevende jongeren deel van uitmaakten, kreeg ze een tik op de vingers van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). De bedoeling van Amsterdam was om toezicht te houden op uit de hand lopende situaties die zich via de sociale media konden uitbreiden naar het fysieke domein. De gemeente gebruikte openbare vriendenlijsten van meer dan honderd Facebookgebruikers, waar een kleine 65.000 verschillende personen in voor kwamen. Dit om zicht te krijgen op leden van de Vondel- en Sarphatigroepen, zo meldde de NRC. De AP oordeelde dat de werkwijze een te grote inbreuk maakte op de privacy van de jongeren.

Hoe ver mogen we gaan in het online contact met jongeren, vroegen de gemeenten in de regio Amsterdam-Amstelland zich daarop af. Immers, gemeenten krijgen in toenemende mate te maken met online aangejaagde ordeverstoringen. Een groep van grote zorg vormen de drillrappers. In hun video’s dragen ze bivakmutsen of maskers en messen of vuurwapens en hun rapteksten gaan vaak over grof geweld of zelfs over waargebeurde Nederlandse steekincidenten. Jongeren laten zich door hen inspireren en dragen ook messen bij zich, met steekpartijen onder adolescenten tot gevolg.

Lees verder via ccv-secondant.nl

Meer leren over jeugdcriminaliteit, ondermijning, verwarde personen en andere actuele lokale veiligheidsthema’s? Kom op 13 maart en/of 15 mei naar de HCB Seminars ‘Topsprekers in Veiligheid’ met o.a. prof. dr. André van der Laan (Universiteit Leiden), prof. dr. Michiel van der Wolf (Rijksuniversiteit Groningen) en prof. dr. Karin van Wingerde (Erasmus Universiteit).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *