Professor Barbara Prainsack ziet ‘datasolidariteit’ als een onderwerp dat nauw aansluit op digitale duurzaamheid. Zij en haar team hebben een instrument voor het beoordelen van de maatschappelijke waarde van het gebruik van digitale gegevens ontwikkeld. Het instrument, Pluto, beoogt een nieuw perspectief op de discussie over de ‘data-benefit balans’ te bieden en geeft burgers praktische mogelijkheden hierin inzicht te verkrijgen.
Wat betekent de term ‘digitale duurzaamheid’ voor u, en waarom is dit onderwerp zo belangrijk binnen de samenleving als geheel?
Zoals ik het zie, heeft digitale duurzaamheid betrekking op het vinden van een succesvolle lange-termijn aanpak bij het omgaan met alle data die tegenwoordig wordt verzameld ten dienste van de samenleving als geheel. Duidelijk is dat de problemen die ontstaan als gevolg van dataficatie en datagebruik in het digitale tijdperk niet effectief kunnen worden aangepakt met de instrumenten uit het papieren tijdperk. Te veel mensen vallen buiten de huidige kaders die proberen datasubjecten (de partijen wier data gebruikt worden) te beschermen tegen de risico’s die gepaard gaan met digitale praktijken. Bovendien worden deze praktijken gekenmerkt door grote asymmetrie in macht; de voordelen van datadeling en datagebruik worden niet voldoende gedeeld met de personen en de gemeenschappen waar deze gegevens vandaan komen. Hiervoor moet een oplossing worden gevonden.
Machts-asymmetrieën tussen burgers, overheid en bedrijven
Maar hoewel ik voorstander ben van het controle geven aan individuen over hun gegevens, geloof ik niet dat dit voldoende zal zijn voor het oplossen van alle uitdagingen van het digitale tijdperk – vooral niet voor de structurele uitdagingen gerelateerd aan machts-asymmetrieën tussen burgers en bedrijfs- of staatsactoren. Deze asymmetrieën helpen vooral machtige commerciële spelers, terwijl ze collectieve controle en toezicht op gegevens belemmeren.
Lees verder via ibestuur.nl