’Politiepraktijk’ in gesprek met lector Pieter Tops over ‘De achterkant van Nederland’
‘Wat me echt zorgen baart is de aantrekkingskracht van het grote geld. Conflicten en geweld zijn extreem toegenomen door de vermenging van de drugswereld met criminaliteit in woonwagenkampen en volksbuurten. Daar zijn we naïef in geweest, als overheid en als samenleving. Alleen door de drugsomvang vele miljarden terug te dringen en de aantrekkelijkheid van die drugswereld te verminderen, bereiken we echt effect.’ Vijftien politiemensen gingen 20 april jl. in gesprek met Pieter Tops, lector politie en openbaar bestuur aan de Politieacademie over zijn boek ‘De achterkant van Nederland. Hoe onder- en bovenwereld verstrengeld raken’ (Tops & Tromp).
Doodsangst
Het gesprek gaat aanvankelijk over het grijze gebied tussen boven- en onderwereld. Er blijkt, tot op zekere hoogte, begrip en compassie voor ‘mensen die een graantje meepikken’, of ‘hun eigen mores boven die van de overheid stellen’. Tops: ‘Ik heb niks tegen een tevreden gebruiker van hennep, het gaat me er niet om die weduwe die haar pensioen aanvult met een hennepplantje te criminaliseren en een beetje een anarchistische houding ten opzichte van de overheid heb ik zelfs wel respect voor.’ Probleem is het geweld en de andere vormen van criminaliteit die gepaard gaan met de enorme omvang van de drugsproductie. Tops: ‘Ik sprak een boer, die zijn loods niet langer ter beschikking wilde stellen. Er is niks romantisch aan als je de doodsangst in de ogen ziet van iemand die drie keer een pistool tegen zijn hoofd heeft gehad. Het is onze morele plicht wat te doen.’
Coalities
Een bestuursrechtelijke aanpak, steeds meer in zwang, is onvoldoende. Tops: ‘We moeten ook de grote boeven pakken. En die moeten niet twee, maar vijftien jaar achter de tralies. Een straf die wél afschrikt en het netwerk langer verstoort. Dat vereist een grotere inspanning van de hele strafrechtketen.’ Vanuit politieperspectief zijn meer recherchecapaciteit in basisteams en ontschotten tussen blauw en recherche van belang, vinden aanwezigen. Naast een bestuurlijke en strafrechtelijke aanpak pleit Tops voor het vormen van maatschappelijke coalities. Woningbouwcorporaties, gemeentes, scholen; de politie zou veel effectiever gebruik kunnen maken van partners. Zowel repressief (bijvoorbeeld door informatie te delen) als preventief kunnen die coalities het verschil maken. Tops: ‘Voor middelbare scholieren is veel geld te verdienen met ‘even een Albert Heijn tasje wegbrengen.’ Scholen kunnen dat signaleren, ouders hebben ook een rol; wat vinden we ‘normaal’?
Belemmeringen
Er blijkt veel consensus tijdens de bijeenkomst. ‘Waarom doen jullie het dan niet?’, zo houdt gespreksleider Piet-Hein Peeters de aanwezigen voor. De praktijk blijkt weerbarstig. Lange-termijn-focus, partners ‘in vredestijd’ betrekken in plaats van ad hoc bij een probleem; cruciale voorwaarden voor een effectieve aanpak blijken niet vanzelfsprekend binnen de politiecultuur. Ook de politisering van de politie, met sturing op incidenten, blijkt frustrerend. Tops: ‘Er moet een buffer tussen politiek en politie komen. Als lector politie en openbaar bestuur ga ik daar over nadenken. Maar ook externe druk kan helpen. Als jullie meer recherchecapaciteit nodig hebben, zijn burgemeesters jullie bondgenoot.’
Doorwerking onderzoek
De boekbespreking vond plaats in het kader van ‘Nieuwlichterij’, een serie bijeenkomsten waarin het politieonderwijs relevante publicaties voor de politie behandelt. Onderzoeken en publicaties van de Politieacademie zijn gericht op het versterken van het vakmanschap van de politie en worden op allerlei manieren ontsloten. Berno, teamchef in eenheid Oost-Nederland: ‘Bijzonder interessant om zo laagdrempelig met de schrijver, een autoriteit in ons vakgebied, en collega’s te kunnen sparren. Tijdens dergelijke bijeenkomsten ben ik telkens positief verrast door de enorme denkkracht die wij als politie bezitten. Maken we daar wel optimaal gebruik van? Mijn stelling is dat we meer diversiteit in onze organisatie bezitten dan we (willen) zien en dus benutten.’ Het boek, toe aan de vijfde druk, heeft grote impact op samenleving en politie, maar vooralsnog (te) weinig op de (landelijke politiek). Tops: ‘Het zuiden is wakker, de rest van Nederland ontwaakt, alleen Den Haag slaapt nog. Ondermijning bedreigt onze nationale veiligheid, de minister-president zou zich hierover moeten uitspreken.’
Bron: Politieacademie