Zo’n 6.400 huishoudens die onbedoeld een lager inkomen hebben dan vergelijkbare huishoudens met een bijstandsuitkering krijgen vanaf komend jaar een tegemoetkoming van hun gemeente. Dat gebeurt via een zogenoemde overbruggingsregeling via een wetsvoorstel dat op dit moment ter consultatie ligt. Het moet voorkomen dat deze huishoudens in armoede vervallen. Hoe zit dat? PONT Zorg & Sociaal zocht het uit.
Sinds de energiecrisis en de Tweede Kamerverkiezingen vorig jaar november staat het thema bestaanszekerheid op de agenda.
Hoewel de energierekening bij veel gezinnen is gedaald – en dus minder zwaar drukt op het huishoudboekje – zijn er mede door conflicterende overheidsregelingen mensen die onder het bestaansminimum terecht dreigen te komen.
Tegen elkaar in werken
Het gaat specifiek om huishoudens waarbij een van beide partners een UWV-uitkering heeft en de andere partner geen of weinig inkomen (1). Door verschillende overheidsregelingen die tegen elkaar inwerken, ontvangen zij minder huur- en zorgtoeslag dan een vergelijkbaar (echt)paar met een bijstandsuitkering.
Hierdoor komen ze in de financiële problemen en dat kan niet de bedoeling zijn, vindt Carola Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen. Volgens Schoutens ministerie telt de tegemoetkoming niet mee voor het toetsingsinkomen en heeft het dus geen nadelige gevolgen voor het recht op toeslagen van de betreffende huishoudens.
Lees verder via sociaalweb.nl